SV | Onder hem zijn scherpe scherven; hij spreidt zich op het puntachtige, [als] op slijk. |
WLC | כְּ֭קַשׁ נֶחְשְׁב֣וּ תֹותָ֑ח וְ֝יִשְׂחַ֗ק לְרַ֣עַשׁ כִּידֹֽון׃ |
Trans. | 41:22 taḥətāyw ḥadûḏê ḥāreś yirəpaḏ ḥārûṣ ‘ălê-ṭîṭ: |
Onder hem zijn scherpe scherven; hij spreidt zich op het puntachtige, [als] op slijk.
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
Onder hem zijn scherpe scherven; hij spreidt zich op het puntachtige, [als] op slijk.
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!